Onderstaand verhaal maakt me HEEL ERG HYPER en ook heel erg stil.
De factor TOEVAL is groot. Absurd groot. En de droefenis ook.
Afgelopen zaterdag pakte ik het boek 'Boven Water. De watersnoodramp van 1953 in
Oost-Zuid-Beveland in woord en beeld.' geschreven door oa. Meneer van Loo, uit de grote bak met boeken die mijn vader voor me had achtergelaten.
Ik blies in en uit en nog eens en sloeg het boek open. Het hoofdstuk '1953' van #boek3 moest geschreven worden, het hoofdstuk over de watersnoodramp in Kruiningen. Dus hup, aan de research.
Indrukwekkende zwart-wit foto's vulden mijn hoofd.
Daar: de neef van mijn vader, zonder huis, zonder kleding, zonder iets. Daar: de boerderij waar mijn overgrootouders hun gezin stichtten: compleet onder water. Daar: het spoorwegwachtershuisje, de starterswoning van mijn grootouders en de plek waar mijn vader geboren werd, verwoest.
![]() |
Het spoorwegwachtershuis 30. (Foto ANP, Utrechts Archief) |
Er zat een hele dikke brok in mijn keel en die ging niet weg.
Op zondag ploeterde ik door nog veel meer boeken en online archieven. Ik las over de slechte gesteldheid van de dijken en over Het Drie Eilandenplan, dat te laat kwam. Over hoe, door een noodlottige samenloop van omstandigheden, Zuid-West Nederland midden in de nacht verrast werd door de stormvloed. Ik schreef over de verkleumde inwoners die in die koude januarinacht boven op de daken van hun huizen wachtten en wachtten, met onder hun een kolkende zee. Regen, storm, hagel en sneeuw. Huisraad dat voorbij dreef. Hulp die uitbleef. En een tweede vloed op 1 februari. Er vielen 1836 slachtoffers.
Toen was het maandag, en kwam het nieuws: 'Slachtoffer watersnoodramp is via DNA-onderzoek geïdentificeerd'
Toevallig zeg, dacht ik nog, een nieuwsbericht over de watersnoodramp, terwijl ik verder aan mijn hoofdstuk '1953' schreef.
In Kruiningen kwamen op 31 januari en 1 februari 1953 tweeënzestig inwoners om. Vier daarvan werden nooit teruggevonden. Mijn oudoom Jan wel, zes weken na de ramp.
In Kruiningen kwamen op 31 januari en 1 februari 1953 tweeënzestig inwoners om. Vier daarvan werden nooit teruggevonden. Mijn oudoom Jan wel, zes weken na de ramp.
![]() |
Het huis van mijn oudoom Jan, via www.deramp.nl |
Op dinsdag kwam het vervolgnieuws: 'De zoon van de alsnog geïdentificeerde vrouw komt uit Kruiningen en is in 1937 geboren'
Goh. Net als mijn vader: ook in Kruiningen en in 1937 geboren.
Toeval? Al die Kruiningen-en-watersnood-dingen die in vier dagen samen komen?
Het werd nog veel erger.
Het werd nog veel erger.
Op dinsdagavond ging ik op zoek naar informatie over een brand in Kruiningen rond 1970. Ik raadpleegde de krantenbank van Zeeland en Google, die me doorstuurde naar een facebookpagina: Kruiningen toen en nu.
Berichtje gestuurd. En ja! Er kwam een reactie, mijn vragen werden beantwoord en er volgde een lang gesprek. Toen hij, de beheerder van de facebookpagina, iets hintte als: 'Ik heb ooit eens een studie gedaan naar de watersnoodramp in Kruiningen,' keek ik nog eens goed naar zijn naam... Meneer van Loo!... de schrijver van het boek dat al drie dagen opengeslagen op mijn bureau lag.
Het TOEVAL.
Het TOEVAL.
En nu, op donderdag, krijg ik het volgende - TOEVALLIGE - bericht: de zoon, wiens moeder na 62 jaar geïdentificeerd is, heeft in hetzelfde spoorwegwachtershuisje gewoond als mijn familie.
Stil van.
0 reacties:
Een reactie posten