Afgelopen week bracht de postbode de doos, zoals mijn oom het gevaarte noemt dat hij op zolder heeft gevonden, met schoolschriftjes uit 1915 en een heleboel andere mooie schatten. Een paar moeten - echt, het moet - in de schijnwerpers.
Zoals het eervol getuigschrift van mijn grootvader voor het getrouw bijwonen van de cursus Paardenkennis in 1913/1914. (nu weet ik eindelijk waar hij die winter uithing)
Rust Roest (1910) met alles - echt alles! - over bemesting, en Het Voorrecht der Kinderen (1911) over de voorbereiding op de Heilige Communie - best pittig.
Schreef ik al eens over Het boek voor moeders en dochters, dit is de variant voor 'onze jonge mannen' waarin middelen tot de kuischheid zijn omschreven:
1. STA VAST!
2. WEES MOEDIG!
3. WEES ARBEIDZAAM!
(nou daar ga ik zeker nog een blogje over schrijven)
Het boek Paardenkennis had Wachtmeester Rijk zeker weten de hele dag in zijn binnenzak tijdens de Eerste Wereldoorlog.
En tot slot: de grootste schat. Een wiskundeboek uit 1872! Wow. Ik heb nog nooit zoiets ouds vast mogen houden, laat staan doorbladeren. 250 rekensommen, o.a.:
Tussen twee steden A en B, die juist 24 uur van elkander liggen, varen op een maandag 's middags om 4 uur twee stoomboten te gelijk af; de een van A naar B, de ander van B naar A. De eerste legt 6 uur in 2,75 uur af en de tweede 6 uur in 2,5 uur af. Zoo zij nu telkens in de steden A en B 12 uur stil liggen, vraagt men, wanneer zij voor het eerst te gelijk in B zullen aankomen?
Mooi toch: een som van 142 jaar oud.
(en de uitkomst staat achterin: Nooit)
0 reacties:
Een reactie posten